-PERSBERICHT-
Afgelopen zondag, 19 november, was het de Internationale Dag tegen Kindermisbruik. Deze week, van 20 tot en met 26 november, is de Week tegen Kindermishandeling. De herhaalde victimisatie waar slachtoffers van kinderporno vaak mee kampen was een terugkerend onderwerp op 7 november tijdens het LANGZS-jubileumcongres over online seksueel misbruik. Bij zaken met betrekking tot online kinderporno stopt het voor de slachtoffers en hun familie namelijk niet na de strafprocedure. Vaak weten de slachtoffers voor de rest van hun leven niet of de beelden van hun misbruik nog online circuleren. Het Canadian Centre for Child Protection heeft een onderzoek uitgevoerd naar ervaringen van slachtoffers van kinderpornografie. Daaruit blijkt dat bijna 70% van de ondervraagden in constante angst leeft herkend te worden. Het voegt een extra component toe aan hun slachtofferschap. Daarnaast blijkt die angst ook niet onterecht. Maar liefst 30% van de ondervraagden is ook daadwerkelijk herkend.[1]
Eerder dit jaar kwam het Canadian Centre for Child Protection met Project Arachnid, een automatische webcrawler die afbeeldingen en video’s detecteert aan de hand van een digitale vingerafdruk die gekoppeld wordt aan het illegale beeldmateriaal. In Nederland wordt deze techniek nog niet structureel gebruikt, terwijl in 2016 82% van alle kinderporno die werd gemeld bij Meldpunt Kinderporno bleek te worden gehost vanaf Nederlandse servers.
Naast het Canadian Centre for Child Protection ontwikkelde ook het Nederlandse bedrijf Web-IQ een webcrawler genaamd Voyager. Web-IQ is al ruim twee jaar actief opzoek naar kinderporno op het internet, inclusief het darkweb. Niet alleen nationaal boeken zij succes, ook internationaal wordt de webcrawler ingezet, onder andere door Europol.
Tijdens het LANGZS-jubileumcongres benadrukte mevrouw Dettmeijer, voormalig Nationaal Rapporteur Seksueel Geweld tegen Kinderen, dan ook terecht dat de techniek om kinderporno van het web te verwijderen al binnen handbereik van de politie ligt, en dat de politie hier nu toch echt mee aan de slag moet. LANGZS is het met mevrouw Dettmeijer eens en meent dat het ministerie van Justitie en Veiligheid daarnaast tevens een waarschuwingssysteem voor slachtoffers van kinderporno moet opzetten. Slachtoffers moeten bovendien een wettelijk recht krijgen om, indien zij dit wensen, geïnformeerd te worden over het opnieuw opduiken van materiaal.
Zolang ze geen bericht krijgen, kan dat geruststellend werken. Als er wel bericht komt, kan dat vertrouwen geven in zowel de opsporingsbekwaamheid als de rechtstaat. CDA-kamerlid mevrouw Toorenburg heeft inmiddels aangegeven zich hiervoor in de Tweede Kamer hard te maken. LANGZS roept de politiek op zich in deze Week tegen Kindermishandeling in te zetten om zo spoedig mogelijk ook in Nederland een nationaal webcrawlers- en waarschuwingssysteem op te zetten.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de voorzitter van LANGZS, mr. Richard Korver, via 020 – 5357565 of voorzitter@langzs.nl
Klik hier voor het persbericht in PDF-formaat.
[1] Canadian Centre for Child Protection, Survivors’ Survey, 2017, p. 165.